Gesprekstructuur voor het functioneringsgesprek
Kies een neutrale omsloten ruimte, zoals een vergaderruimte. Stel de werknemer op het gemak. Het goede gesprek is een ontspannen en eerlijk gesprek.
WELKOM
Benoem waarom je het functioneringsgesprek voert en welk doel het gesprek heeft. Geef aan dat het bedoeld is om de wederzijdse verwachtingen te bevestigen, dan wel duidelijker te maken.
AGENDA
Stel samen de agenda vast. Welke punten zijn ingebracht? Welke punten hebben prioriteit? Begin met de belangrijkste punten. Als er tijd te kort is kunnen de minder belangrijke punten een andere keer besproken worden.
AGENDA PUNTEN BESPREKEN MET PRAKTIJKVOORBEELDEN
Begin met een agendapunt die de werknemer heeft ingebracht. Help de werknemer met het verhaal door duidelijk door te vragen. Begin met de vraag; “Wat wil je met mij bespreken?”.
Handige doorvragen zijn:
- Hoe belangrijk is dit voor jou?
- Wat heb je er zelf aan kunnen doen?
- Wat verwacht je van mij of jouw collega?
- Wat heb je nodig om je werk goed te doen?
- Welke doelstelling helpt jou het resultaat te bereiken?
- Wat zullen we voor de komende periode met elkaar afspreken?
SAMENVATTEN EN AFSPRAKEN VASTLEGGEN
Tot slot maak je samen een samenvatting van de belangrijkste punten en afspraken. Je maakt afspraken over het maken van een kort verslag en een vervolggesprek.